
Het kompas gebruiken
Als uw apparaat een kompas heeft en dit is geactiveerd,
draaien zowel de pijl van het kompas als de kaart
automatisch in de richting waarnaar de bovenkant van het
apparaat wijst.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
93

Selecteer
Menu
>
Toepassngn
>
GPS
>
Kaarten
en
Mijn
positie
.
Het kompas activeren — Druk op 5.
Het kompas deactiveren — Druk nogmaals op 5. De kaart
is naar het noorden gericht.
Het radiokompas is actief wanneer er een groene omtrek is.
Als het kompas moet worden gekalibreerd, is de omtrek van
het kompas rood of geel. Als u het kompas wilt kalibreren,
draait u het apparaat in een continue beweging rond alle
assen.
De nauwkeurigheid van het kompas is beperkt.
Elektromagnetische velden, metalen objecten of andere
externe omstandigheden kunnen de nauwkeurigheid van
het kompas nadelig beïnvloeden. Het kompas moet altijd
goed worden geijkt.